Om toekomstontwikkelingen tijdig aan te zien komen, is het nodig om als sector af en toe over je eigen beroepsgrenzen heen te kijken
Om toekomstontwikkelingen, zoals artificiële intelligentie tijdig aan te zien komen, is het nodig om als sector af en toe over je eigen beroepsgrenzen heen te kijken. In het geval van taxeren is het interessant om de ontwikkelingen in de accountancysector te volgen. Taxateurs en accountants zijn in wezen goed vergelijkbare beroepsgroepen, met de onafhankelijke oordeelsvorming als gemene deler. Beide sectoren vertegenwoordigen ook een dienst met een publiek belang, waarbij de onafhankelijkheid van zowel taxateur als accountant in grote mate bijdragen aan een solide financieel systeem, aldus toezichthouder AFM. Niet geheel toevallig liggen beide sectoren ook onder het vergrootglas bij de AFM, met dien verstande dat de accountancysector hierin een paar stappen verder is. Een kijkje over de schutting bij de accountants biedt mogelijk dus een sneak preview op de nabije toekomst in taxatieland.
Eind november presenteerde de AFM een rapport over zogeheten ‘marktfalen’ in de accountancysector, dat schadelijke prikkels veroorzaakt en daarmee een onafhankelijk oordeel van accountants in de weg staat.[1] De prikkels hebben betrekking op het verdienmodel, het partnermodel en het bedrijfsmodel van accountantsorganisaties. De eerste prikkel ontstaat door marktfalen in het verdienmodel: de accountantsorganisatie wordt aangesteld en betaald door de gecontroleerde onderneming die daarmee een onwenselijke (machts)relatie ten opzichte van de accountant heeft.
Het partnermodel genereert een volgende onwenselijke prikkel. Accountants die als partner in de eigen organisatie fungeren vervullen gelijktijdig de rol van beroepsbeoefenaar, eigenaar en ondernemer. Hierdoor ontstaat belangenverstrengeling.
Het bedrijfsmodel tot slot wordt door de AFM als een derde onwenselijke prikkel gezien. Veel accountantsorganisaties verlenen zowel publieksgerichte controlediensten als klantgerichte adviesdiensten onder één dak, wat de onafhankelijkheid van de controledienst ondermijnt.
Deze schadelijke prikkels kunnen volgens de AFM niet verdwijnen met behulp van wetgeving, maar dwingen tot aanpassing van de inrichting van de accountancysector. Daartoe zijn enkele rigoureuze toekomstperspectieven verkend, waaronder het opsplitsen van controle- en adviesdiensten, het overhevelen van controlediensten naar een rijksaccountantsdienst en verbieden van het partnermodel. De uitkomsten van het AFM-rapport baren Minister Hoekstra zorgen, omdat een goed functionerende accountancy sector van groot belang is voor de maatschappij.
In juni van dit jaar werden vergelijkbare woorden gebruikt over de taxatiesector en hebben de AFM en DNB aangedrongen op wettelijke regulering van de taxatiesector. Maar betekent het recente AFM-rapport dat de taxatiesector, naast regulering, ook inmenging van de AFM in de structuur van de sector kan verwachten?
De kans is aannemelijk. Bovengenoemde prikkels voor accountants lijken in meer of mindere mate ook op te gaan voor taxateurs. Immers, in veel gevallen is de opdrachtgever van taxaties ook de eigenaar van het vastgoed met een duidelijk commercieel belang en eenzelfde relatie tot de professional (prikkel 1). Daarnaast werken veel taxateurs onder één dak met makelaars en/of beoefenen zij afwisselend zowel het vak van makelaar als taxateur (prikkel 2). Tot slot het partnermodel (prikkel 3). De taxatiesector kent grofweg een klein aantal grote (inter)nationaal opererende organisaties en daarnaast een groot aantal regionaal georiënteerde kantoren. Weliswaar zijn veel van deze bedrijven niet ingericht als een maatschap, toch zullen eigenaren van de regionale taxatie- en makelaarskantoren ongetwijfeld de complexiteit van het dienen van verschillende belangen (klant, kantoor, publiek en eigenbelang) als ondernemer herkennen.
Kortom, de combinatie van het publieke belang en vergelijkbare onwenselijke prikkels die tot marktfalen kunnen leiden in beide sectoren, leiden mijns inziens tot de conclusie dat de taxatiebranche eenzelfde opstelling van de AFM kan verwachten als hun accountancycollega’s. Oftewel: behalve voorstellen voor wetgeving, kunnen taxateurs waarschijnlijk ook voorstellen voor herinrichting van de sector tegemoet zien, tenzij de sector kan aantonen dat zij zelf de onwenselijke prikkels erkent en elimineert. Dat kan bijvoorbeeld door financieringsinstellingen of accountants als enige opdrachtgever te erkennen (prikkel 1) of een volledige scheiding tussen makelaars en taxatiediensten binnen de organisatie door te voeren (prikkel 2). Maar dat vereist op korte termijn krachtig zelfinitiatief, anders kan de sector de borst nat maken wat betreft AFM-activiteit.
[1] Kwetsbaarheden in de structuur van de accountancysector – verkenning, AFM, 21 november 2018
Pim Klamer
Opleidingsadviseur Academie voor Vastgoed