Wat betekent de vierde anti-witwasrichtlijn voor makelaars? Hoe kunnen zij zich voorbereiden op de invoering van deze nieuwe richtlijn? Wat is er nodig om de aangescherpte Wwft na te leven? Reza Behjat, werkzaam bij Graydon legt het voor u uit.
Om witwassen en het financieren van terrorisme te voorkomen, wordt van onder meer banken, verzekeraars én makelaars verwacht dat zij onderzoek verrichten naar hun cliënten en melding maken van ongebruikelijke transacties. Deze twee kernverplichtingen van de Wet ter voorkoming van witwassen en financieren van terrorisme (Wwft) worden bestendigd in de vierde anti-witwasrichtlijn. Vorige week woensdag is de vernieuwde Wet ter voorkoming van witwassen en financieren van terrorisme (Wwft) opnieuw besproken in de Tweede Kamer. Op 6 maart wordt er gestemd over het wetsvoorstel, de ingediende moties en het ingediende amendement.
Nieuw is onder meer de verplichting een risicobeoordeling op te stellen en een compliancefunctie in te richten. Wat betekent dit voor makelaars? Hoe kunnen zij zich voorbereiden op de invoering van deze nieuwe richtlijn? Wat is er nodig om de aangescherpte Wwft na te leven? Reza Behjat, werkzaam bij Graydon legt het voor u uit.
Makelaars die bemiddelen bij de aan- en verkoop van onroerende zaken, worden net als onder meer banken, verzekeraars en trustkantoren beschouwd als de zogenaamde poortwachters van het financiële stelsel. Op grond van de Wwft wordt van hen verwacht dat zij maatregelen nemen om te voorkomen dat hun dienstverlening wordt misbruikt voor het financieren van terrorisme of het witwassen van geld. Zo zijn makelaars verplicht een cliëntenonderzoek uit te voeren waarbij de identiteit van de cliënt wordt vastgesteld en geverifieerd. Als een cliënt een rechtspersoon is, dan moet de uiteindelijk belanghebbende (UBO) worden vastgesteld.
PEP-status
Een tweede belangrijke verplichting is het achterhalen of de cliënt (UBO of particulier) een zogenaamde PEP-status heeft. PEP staat voor Politically Exposed Persons oftewel Politiek Prominente Persoon. Het issue wat bij een PEP mogelijk kan spelen is dat een persoon zijn of haar politieke invloed kan gebruiken om voordeel te creëren voor het bedrijf.
Een andere verplichting is het melden van ongebruikelijke transacties. FIU-Nederland is op basis van de Wwft de aangewezen organisatie waar bedrijven dus ongebruikelijke transacties dienen te melden. De FIU-Nederland analyseert deze gegevens om fraude en witwassen te voorkomen en dergelijke praktijken op te sporen.
De vierde anti-witwasrichtlijn
Met de implementatie van de vierde Europese anti-witwasrichtlijn (in het Engels: 4th Anti-Money Laundering Directive of 4th AML Directive) in de loop van 2018, wordt de Wwft aangescherpt. Zo wordt de risico-gebaseerde benadering die makelaars op hun cliënten moeten toepassen uitgebreid, waarmee instellingen verplicht worden een beoordeling van de risico’s op witwassen en terrorismefinanciering op te stellen en actueel te houden. Bij een controle kan de toezichthouder vragen om deze risicobeoordeling te verstrekken.
Bovendien dient een instelling op grond van de risicobeoordeling een beleid te ontwikkelen om de geïdentificeerde risico’s te beperken. Voorbeelden van risico’s zijn het cliëntrisico’s, dienst- en productrisico’s en geografische risico’s.
Clientrisico’s: In welke branche werkt mijn cliënt? Wat is zijn beroep, hoe groot is zijn vermogen en wat is zijn inkomstenbron?
Dienst- en productrisico’s: Met name diensten die gevoelig zijn voor witwassen, terrorismefinanciering en andere integriteitrisico’s, zoals cryptovaluta of handel in het leveren van bankbiljetten en edelmetalen.
Geografische risico’s: Landen en gebieden die onderworpen zijn aan sancties of landen die geïdentificeerd zijn als financiers van terroristische activiteiten.
Nieuw is ook de verplichting een compliance- en auditfunctie in te richten, afhankelijk van de aard en omvang van een instelling. Verder worden de maximale boetes voor overtredingen verhoogd en wordt voorzien in publicatiebevoegdheden voor de toezichthoudende autoriteiten.
Nieuwe verplichtingen
Voor bijvoorbeeld financiële ondernemingen, trustkantoren en accountants is het opstellen van een risicobeoordeling en het inrichten van een compliance- en auditfunctie niet nieuw. Soortgelijke verplichtingen met betrekking tot risicomanagement gelden bijvoorbeeld ook al op grond van de Wet op het financieel toezicht (Wft).
Voor makelaars betekenen deze nieuwe verplichtingen echter een aanzienlijke lastenverzwaring. Zij zullen zich goed moeten verdiepen in de aangescherpte wettelijke eisen. Naast de verplichtingen die nu al gelden om een gedegen cliëntenonderzoek te verrichten en ongebruikelijke transacties te melden, zullen zij nieuwe gedragslijnen, procedures en maatregelen moeten ontwikkelen voor hun organisatie. Zo zijn er minimaal procedures benodigd voor het opstellen en actueel houden van een risicobeoordeling van cliënten en het onderzoeken van de Customer Due Diligence.
Customer Due Diligence (CDD) staat voor ‘gepaste zorgvuldigheid’, ook wel bekend als het ‘know your customer’ of ‘ken uw klant’-beginsel. Wie is uw cliënt, wie zijn de eigenaren, kan de klant een risico vormen en waarvoor wordt de zakelijke relatie gebruikt? CDD is gericht op een integere beleidsvoering, waarbij makelaars moeten weten met wie zij zakendoen.
Wilt u meer weten over de Wwft? De Belastingdienst heeft een leidraad opgesteld voor u als makelaar. Deze is hier te downloaden.